Wonderen
In de algemene kerk van vandaag worden er nauwelijks nog wonderen van God verwacht.
Hiervoor is geen Bijbelse aanleiding.
Sterker nog Jezus maakt Zich er zorgen over of het geloof dat je gebeden verhoort gaan worden nog wel aanwezig zal zijn bij Zijn wederkomst:
1 En Hij sprak ook een gelijkenis tot hen met het oog daarop dat men altijd moet bidden en niet de moed verliezen.
2 Hij zei: Er was in een zekere stad een rechter die God niet vreesde en geen mens ontzag.
3 En er was een weduwe in dezelfde stad en zij kwam voortdurend naar hem toe en zei: Doe mij recht tegenover mijn tegenpartij.
4 En hij wilde een tijd lang niet. Daarna echter zei hij bij zichzelf: Hoewel ik God niet vrees en geen mens ontzie,
5 toch zal ik, omdat deze weduwe mij lastig valt, haar recht doen, opdat zij uiteindelijk niet komt en mij in het gezicht slaat.
6 En de Heere zei: Hoor, wat de onrechtvaardige rechter zegt.
7 Zal God dan geen recht doen aan Zijn uitverkorenen, die nacht en dag tot Hem roepen, hoewel Hij hen soms lang laat wachten?
8 Ik zeg u dat Hij hun met spoed recht zal doen. Maar zal de Zoon des mensen, als Hij komt, wel het geloof op de aarde vinden?
(Lukas 18:1-8)
Hiervoor is geen Bijbelse aanleiding.
Sterker nog Jezus maakt Zich er zorgen over of het geloof dat je gebeden verhoort gaan worden nog wel aanwezig zal zijn bij Zijn wederkomst:
1 En Hij sprak ook een gelijkenis tot hen met het oog daarop dat men altijd moet bidden en niet de moed verliezen.
2 Hij zei: Er was in een zekere stad een rechter die God niet vreesde en geen mens ontzag.
3 En er was een weduwe in dezelfde stad en zij kwam voortdurend naar hem toe en zei: Doe mij recht tegenover mijn tegenpartij.
4 En hij wilde een tijd lang niet. Daarna echter zei hij bij zichzelf: Hoewel ik God niet vrees en geen mens ontzie,
5 toch zal ik, omdat deze weduwe mij lastig valt, haar recht doen, opdat zij uiteindelijk niet komt en mij in het gezicht slaat.
6 En de Heere zei: Hoor, wat de onrechtvaardige rechter zegt.
7 Zal God dan geen recht doen aan Zijn uitverkorenen, die nacht en dag tot Hem roepen, hoewel Hij hen soms lang laat wachten?
8 Ik zeg u dat Hij hun met spoed recht zal doen. Maar zal de Zoon des mensen, als Hij komt, wel het geloof op de aarde vinden?
(Lukas 18:1-8)